Spanningverlagende apparaten gevaar voor elektriciteitsnet

17.09.2024 Gijs de Koning

Spanningverlagende apparaten gevaar voor elektriciteitsnet

Volgens Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) brengen spanning verlagende apparaten elke gevaren met zich mee. De apparaten worden aangeboden om te voorkomen dat omvormers door een te hoge spanning op het net uitvallen om zo langer zonne-energie te blijven terugleveren aan het net.

Normaal gesproken is de spanning op het net 230 volt. Als er veel zonnepanelen in een wijk aanwezig zijn, kan de spanning lokaal oplopen bij een hoog aanbod aan zonnestroom. De spanning kan maximaal oplopen tot 253 volt. Daarna moet de omvormer uitvallen. Nu zijn er fabrikanten die spanningverlagende apparaten op de markt brengen die moeten voorkomen dat dit gebeurt.

De apparaten worden ook wel spaartransformatioeren of autotransformatoren genomen. Deze wordt tussen de omvormer en de hoofdschakelaar geplaatst en verlaagd de spanning constant van bijvoorbeeld 230 volt naar 210 volt.

Wanneer het spanningverlagend apparaat wordt aangesloten kan dit effect hebben op de buren als deze geen spanningverlagend apparaat hebben aangesloten schrijft Joost de Koning van Schneider Electric en lid normcommissie NEC 64 TC.

De Koning: “Wanneer het spanning verlagend apparaat wordt toegepast bij een woning en het effect van het voorbeeld hierboven treedt op, kan dit gevolgen hebben voor de buren. De spanning bij de buren kan ook hoger worden dan 253V en in het voorbeeld zelfs naar 270V oplopen. Als de buren geen spanning verlagend apparaat hebben, dan zullen hun apparaten een te hoge spanning te verduren krijgen en mogelijk minder goed functioneren, versneld verouderen, defect raken of zelfs brand veroorzaken. De vraag is hoe een verzekeraar zal omgaan met afhandelen van de schade en wie een claim kan verwachten.”

De Koning concludeert dat spanningverlagende apparaten gevaarlijk kunnen zijn. “Spanningverlagende apparaten kunnen een gevaar opleveren door hoge spanningen primair van de spaartransformator en mogelijk (te) lange uitschakeltijden voor beveiligingstoestellen”, stelt de Koning.

Daarnaast schrijft de Koning dat er niet voor niets beveiligingen tegen overbelasting en kortsluiting zitten in een installatie. “Ze beschermen ons tegen de gevaren van elektrische schok. Een spanningverlagend apparaat kan oorzaak zijn van niet tijdig aanspreken van de beveiligingen.”